WILLEMSTAD – “Er zijn geen Venezolaanse vluchtelingen op Curaçao die asiel hebben gekregen na een aanvraag te hebben ingediend via de procedure die de Raad van Ministers heeft goedgekeurd.” Dat zegt Keursley Concincion, de Ombudsman van Curaçao. Terwijl er Venezolanen op Curaçao zijn die een officieel vluchtelingencertificaat hebben van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR.
Bel* is één van die vluchtelingen. Zij is samen met haar man 2,5 jaar geleden naar Curaçao gevlucht vanwege haar baan als journalist. Ze heeft via de Verenigde Naties (VN) en UNHCR een vluchtelingencertificaat. Met het certificaat heeft ze in de meeste landen recht op bescherming en basisbehoeften, zoals een slaapplek, eten en drinken. Toch zit zij samen met haar man ondergedoken op Curaçao.
Vast op het eiland
Bel en haar man mogen officieel niet werken. Om toch rond te kunnen
komen, werkt haar man illegaal in de bouw voor 50 gulden per dag. Geld
om te sparen hebben ze niet, een vliegticket naar een land waar het
certificaat wel wordt erkend, kunnen ze niet betalen. Ze zitten vast op
het eiland. “Het leven hier is voor ons een hel, ik kan niet werken, we
verdienen niet genoeg om hier weg te kunnen….het is een uitzichtloze
situatie”, aldus Bel.
Een andere Venezolaanse vrouw die een VN-vluchtelingenstatus heeft, is desondanks opgepakt en gedreigd met uitzetting. Dat bevestigt Ieteke Witteveen, voorzitter van de Human Rights Caribbean Foundation (HRCF). Pas na tussenkomst van Human Rights Caribbean werd zij weer vrijgelaten. Ook Bel is bang: “Het liefst zou ik naar een ander land gaan waar mijn vluchtelingenstatus wel erkend wordt. Maar zodra ik mij meld bij de immigratiedienst of douane word ik zonder pardon uitgezet.”
Volgens de regels moet de aanvraag worden ingediend direct als een persoon op Curaçao aankomt. Deze aanvraag dien je te doen bij de immigratiedienst. Maar dat is op het vliegveld Hato hetzelfde loket als de instantie die gaat over het uitzetten van mensen. De formulieren die ingevuld moeten worden zijn in het Nederlands.
UNHCR-procedure aangenomen maar nog niet in werking
Sinds 2017 heeft de overheid de vreemdelingenprocedure overgenomen van
de UNHCR. De minister van Justitie heeft in zijn brief van 19 april 2018
aan de Ombudsman aangegeven dat door de Curaçaose Raad van Ministers op
5 juli 2017 een procedure is goedgekeurd, die uitvoering moet geven aan
artikel 3 van het EVRM, de RVM-procedure. Verschillende onderzoeken,
van Amnesty International, Refugee International en die van de Ombudsman
laten zien dat deze procedure nog niet in werking is. Volgens de
Ombudsman is de situatie in 2019 onveranderd gebleven.
Reactie UNHCR
“De UNHCR doet een beroep op de Curaçaose overheid dat ze moet
verzekeren dat diegene die internationale bescherming nodig hebben, en
gevlucht zijn voor vervolging en geweld, toegang krijgen om bescherming
aan te vragen op een efficiënte en veilige manier. Dat is een
mensenrecht. We begrijpen dat het een moeilijke situatie is voor
Curaçao, maar er zijn mensen die echt bescherming nodig hebben”, aldus
Sibylla Brodzinsky van UNHCR Washington.
Sinds de goedkeuring van de RVM-procedure hebben volgens de minister van Justitie drie personen verzocht om juridische bescherming. Volgens de Ombudsman zijn deze verzoeken afgewezen door de minister.
Artikel 3 onvoldoende bekend
Het baart de Ombudsman zorgen dat deze procedure van het aanvragen van
bescherming op basis van artikel 3 nergens beschreven staat. De
RVM-procedure is op ambtelijk niveau niet dan wel onvoldoende bekend. De
Ombudsman heeft informatie ontvangen over diverse gevallen waarin aan
vastgehouden vluchtelingen, die expliciet toegang hebben verzocht tot de
Curaçaose ‘asielprocedure’, de toegang is geweigerd. In veel gevallen
zou de vluchteling geïnformeerd zijn dat er geen ‘asielprocedure’
bestaat, of is het ‘asielverzoek’ van de vluchteling niet expliciet
beantwoord.
*volledige naam bekend bij de redactie